Archive

Archive for March, 2006

FEM 3-06 Google en Microsoft – Kopenhagen en Muslims

Google en Microsoft

Google heeft het voor elkaar. Na jaren van experimenteren is het adverteren op de site nu een rijke bron van inkomsten.. Adverteerders betalen Google, want zij hebben ontdekt dat een websurfer interesse heeft voor informatie die precies past bij zijn internet search. Google incasseert per doorklik een commissie. In de laatste anderhalf jaar zijn de tarieven die Google daarvoor in rekening kan brengen met een faktor vier gestegen. Dat geeft Google de financiele ruimte om agressief te groeien. In 2002 investeerde Google minder dan 50 miljoen dollar, en dat was even veel als bij voorbeeld Amazon. In 2005 besteedde Google ruim 800 miljoen dollar aan investeringen, vier keer zo veel als Amazon. De koers van Google is volatiel, maar na een koersdaling vorige week stond de Koers/Winst verhouding nog steeds op 73 – hoog vergeleken met een gemiddelde K/W van 22 voor de technologie-sector in de VS. Die K/W geeft Google een totale marktwaarde van ruim 100 miljard dollar.

Naar verluidt is Google nu in onderhandeling met Dell, en ligt een bod op tafel in de orde van een miljard dollar. Dat geld kan Google kennelijk terug verdienen wanneer voortaan alle Dell-computers automatisch Google laten zien als eerste scherm wanneer de computer wordt aangezet.

Voor de winst van Google is het nu belangrijker om de zoek-algorithmes verder te verfijnen, zodat consumenten preciezer bij de juiste adverteerders komen, dan om te hopen op nog sterkere micro-processors in de computer van die consument. Verbeteringen in de chips zijn interessant voor electronische produkten – in 2007 hebben nieuwe TV-toestellen kleiner dan 27 inch nog maar één enkele chip nodig om het beeld op het scherm te krijgen. De huidige chips zijn al goed genoeg om Google veel geld te laten verdienen.

Intussen belooft Microsoft voor de tweede helft van dit jaar het nieuwe software-produkt “Vista” in zes verschillende versies. Dat wordt geen gegarandeerde triomf. In Amerika circuleert een schatting van General Electric dat de omschakeling van Microsoft Windows naar Microsoft Vista zeven tot achtduizend dollar gaat kosten per workstation, omdat Vista ingrijpende veranderingen vereist in bestaande systemen. Dat is een investering waar geen enkele onderneming gemakkelijk ja tegen gaat zeggen.

De concurrentie tussen de aanbieders van services zoals Google en de fabrikanten van products, bij voorbeeld Intel en Microsoft wordt heviger. Microsoft werkt hard aan een betere zoekmachine, om terug te vechten tegen Google, maar misschien is het al te laat om Google nog te verslaan op eigen terrein. De computer-wereld verandert: ik hoorde een Amerikaanse insider de nieuwe trend samenvatten als “services are winning over products”. Dan gaat het niet alleen om Google en Microsoft, maar ook om de slag tussen het internet en de kranten. Advertenties voor woningen trekken in de VS in hoog tempo wég van de dagbladen naar het net, en daarmee verdwijnt een lukratieve bron van inkomsten voor regionale kranten. Advertenties voor banen zijn al grotendeels uit de kranten verdwenen.

Misschien dat kranten in het midden-segment het meeste last krijgen van het internet. In de nationale en internationale markt bieden kranten als de Financial Times (vorig jaar al weer winstgevend) en de Wall Street Journal kwaliteit en krijgen daardoor ook de lezers die interessant zijn voor adverteerders. De pagina met ingezonden brieven in de Financial Times is geselecteerd door de redaktie, en daardoor een stuk interessanter dan een willekeurige amateur-blog. Aan de andere kant van het kwaliteits-spectrum staan kranten als de Bild Zeitung of de Daily Mirror die hun miljoenen lezers entertainen met spannend pseudo-nieuws en sport. Veel van die lezers hebben geen baan waardoor ze op het werk het internet kunnen surfen. Kranten die oppervlakkiger zijn dan de internationale top, maar saaier dan de sensatiebladen krijgen het – denk ik – steeds moeilijker in concurrentie met de service van het internet.

Kopenhagen of Kuala Lumpur

“Islam” was het thema van een internationale conferentie in Den Haag eerder deze maand ter herdenking van Pim Fortuyn. Een historicus uit Denemarken sprak over de moeilijke relatie tussen Moslims en non-Moslims in Kopenhagen: “We have a solid tradition of making fun of Christians, Jesus, the Bible and many other holy texts. Why should we all of a sudden make an exception for Muslims?” Een Nederlandse antropoloog vroeg hem: “Vrijheid van meningsuiting is toch niet absoluut? Mag ook meewegen of uitspraken slecht zijn voor de saamhorigheid in een samenleving?” Dat was olie op het vuur voor alle Amerikaanse deelnemers die zelfverzekerd volhielden dat vrijheid van meningsuiting dé hoeksteen is van onze Westerse beschaving.

De Deense historicus vertelde de conferentie ook dat in Stockholm en Malmo er al no-go wijken zijn waar taxichauffeurs ‘s avonds liever niet een klant oppikken of afzetten.

Ik werk en woon in Kuala Lumpur, een stad van 3 miljoen inwoners, met een percentage Moslims dat in Europese steden de komende tien jaar nog niet wordt bereikt. Hier in KL rijden de taxi’s overal, zien we geen uitgebrande auto’s zoals in Parijs en is het al weer jaren geleden dat er de laatste ernstige uitbarsting was van raciaal geweld toen een Hindu-begrafenisstoet het pad kruiste van een Moslim-huwelijksprocessie (of andersom) .

In Kuala Lumpur mengen Moslims, Boeddhisten, Christenen en Hindus zich op het werk, aan mijn universiteit, in de winkelcentra en in de food courts waar iedereen in de open lucht nasi lemak uit Indonesie, roti canal uit Singapore,claypot uit China, of mixed tandoo uit India eet. Geen enkele wereldstad verdient een 10 op het rapport, maar KL heeft recht op een hoger cijfer dan Kopenhagen, Amsterdam of Parijs voor de omgang tussen rassen en godsdiensten. Ik moet toegeven dat er beperkingen zijn op de vrijheid van meningsuiting die daarbij waarschijnlijk behulpzaam zijn. De media kunnen sommige gevallen van corruptie bespreken, maar ras en religie zijn slechts beperkt toegestaan als onderwerp voor openbare discussie.

De boodschap voor Denen, Fransen en Nederlanders is dat rechten hier dus niet alleen gelden voor personen, maar ook voor groepen, namelijk het recht om niet gekwetst te worden. Liberalen in de VVD houden niet zo van groepsrechten, maar kunnen misschien accepteren dat de overheid een dure plicht heeft om burgers vrij van angst te laten leven. In Nederland is er boosheid en angst tussen Moslims en niet-Moslims; in Maleisie wil de politiek in plaats van haat en angst een gemakkelijke dagelijkse omgang en daarom geen opruiende of kwetsende taal over ras en geloof.

In 1650 was Amsterdam cultureel centrum no. 1 in de wereld vanwege de diversiteit in de bevolking en een – voor die tijd – tolerante cultuur. In 2006 is in Amsterdam de choc des opinions te veel chocquerend geworden en daardoor contra-productief. Terug in Nederland voor de conferentie las ik een paar dagen het AD en de Telegraaf, maar ik vond weinig artikelen met inspiratie uit de glorie van de diversiteit. Verschillen in ethniciteit en religie zijn eerder een last dan een lust, zo lijkt het. Hier in Kuala Lumpur is de diversiteit wél een oprecht pluspunt en in de concurrentie met Singapore en Bangkok om bedrijven, toont de stad consequent en trots een multi-raciaal gezicht.

In Nederland was vorige jaar Prof. Richard Florida op bezoek om zijn internationale research toe te lichten die laat zien hoe bruisende steden met een gevarieerde, creatieve bevolking de beste kans maken op hoogwaardige, moderne werkgelegenheid. Nu Amsterdam helaas meer boos lijkt dan bruisend, is een bezoek aan Kuala Lumpur misschien een nuttig idee voor liberale politici die kunnen accepteren dat “vrijheid” voor beleidsmakers vooral ook betekent “vrij van angst” voor negatieve profilering naar ras of geloof.

Categories: Uncategorized